De meeste mensen zijn niet zo gewend om daar expliciet over te zijn. Omdat dat toch verhelderend werkt, laten we hier zien hoe dat stap voor stap kan, in drie routes. Voor zover u al nationale consensusdoelen (afgeleid uit wetgeving) of schoolspecifieke doelen heeft geformuleerd, kunt u deze gebruiken om de routes mee te doorlopen.
Route 1: van samenlevingsideaal naar goed burgerschap
Een van de routes naar een visie op burgerschapsonderwijs begint bij het formuleren van idealen over de samenleving: een maatschappijbeeld. Daar zijn heel uiteenlopende ideeën over mogelijk, variërend van een nadruk op hechte en traditionele lokale gemeenschappen tot een vrijzinnige wereldgemeenschap. Zolang ze binnen de wetgeving passen, kunt u ze gebruiken in uw visie op burgerschap.
Let op: als u nu denkt dat een school ook zelf een ideale minimaatschappij moet zijn, dan trapt u in dezelfde valkuil als Jean-Jacques Rousseau tijdens het schrijven van Émile, of Over de opvoeding. In een poging om individuen vrijer te maken, stelt hij dat kinderen opgevoed moeten worden in een wereld waarin zij niet worden beperkt door het gezag van andere mensen, maar in een ideale wereld, die wordt gecontroleerd door een permanente mentor, waarin ze in verbondenheid met de natuur leren om wat moreel juist is te associëren met wat prettig is. Dat is om praktische redenen natuurlijk niet haalbaar – zoveel controle hebben we simpelweg niet over de omgeving van kinderen – maar ook niet wenselijk. Een kind dat in zo’n omgeving wordt opgevoed, zal immers nooit hebben geleerd om een samenleving zoals die is te veranderen in een samenleving zoals die zou moeten zijn. Laat staan leren omgaan met verschillende waardesystemen of morele benaderingswijzen.
Kortom, de school hoeft dus niet de ideale minimaatschappij te zijn. Sterker, frictie tussen ideaal en realiteit kan, ook in de schoolomgeving, juist benut worden als kans om te leren. Net zoals we de problemen uit de wereld buiten de school kunnen gebruiken om leerlingen mee te laten oefenen. Tegelijkertijd is het zinnig om u af te vragen in hoeverre uw school representatief is voor de bredere samenleving. Is het onderwijs in uw gemeente sterk gesegregeerd? Dan is dat een goede reden om samen te werken met andere scholen, bewust mensen uit te nodigen in de klas, of leerlingen op andere wijze in contact te brengen met andere groepen in de samenleving.
Route 2: van problemen in de huidige samenleving naar goed burgerschap
We kunnen ook beginnen met problemen die nu in de samenleving spelen, waarvan we vinden dat leerlingen erop voorbereid moeten zijn of een bijdrage kunnen leveren aan het oplossen ervan. Indirect gaat ook deze vraag over idealen – we vinden immers iets pas een probleem als het een doel of ideaal hindert. Het voordeel van deze route is dat we meteen een gevoel krijgen voor de mate waarin het ideaal gerealiseerd is. Dat is prettig, omdat het over de keuze tussen verschillende idealen informeert.
Bij deze route helpt het om te weten waar uw leerlingen nu en later tegenaan lopen. Worden ze niet gehoord? Worden sommige leerlingen buitengesloten? Is het discriminatie, racisme of seksisme? Of maken ze zich zorgen over duurzaamheid, migratie of integratie? Dat kan per school verschillen. Als u al een visie op burgerschapsonderwijs heeft, kunt u deze informatie gebruiken om de visie nog verder op maat te snijden.
Route 3: van een beeld over mensen naar een passende samenleving
Een wat minder gebruikelijke, maar even waardevolle route is om te starten met een beeld over mensen. Dat doen politieke theoretici soms. David Miller (2000) noemt bijvoorbeeld het individueel liberalisme en het conservatief communitarisme. Beide politieke theorieën hebben duidelijke mensbeelden. Liberale individualisten geloven dat mensen volledig autonoom zijn, terwijl conservatieve communitaristen stellen dat mensen in sociaal en moreel opzicht nooit volledig zelfstandig kunnen functioneren. Het is dan ook logisch dat beide stromingen tot verschillende maatschappijbeelden komen. Liberale individualisten benadrukken het belang van vrije discussies in de samenleving, maar stellen verder geen ordening van sociale relaties voor. Conservatieve communitaristen benadrukken juist het belang van een hechte gemeenschap, met een vaste set aan normen en waarden, waar je als individu bovendien niet makkelijk uitstapt.
Nu zijn er twee zaken van belang om te onthouden. Ten eerste kan het formuleren van een mensbeeld functioneel zijn, maar mensen verschillen onderling. Ten tweede lijken de mensbeelden uit deze stromingen soms meer op oordelen of idealen dan op een beschrijving van de realiteit. Voor een visie op goed burgerschap, zetten we in deze route drie stappen:
Algemene tips
Een visie hoeft niet gelijk perfect te zijn. Burgerschap is een abstract begrip, onderhevig aan voortschrijdend inzicht. U zult als school waarschijnlijk uw visie van tijd tot tijd aanpassen.
Dit is een deel uit het Handboek Burgerschapsonderwijs. Wil je meer lezen? Download dan hier het handboek